UTRECHT – Bij spoorwegovergangen zijn sinds februari 6395 bekeuringen gegeven voor het negeren van het rode licht, meldt spoorbeheerder ProRail. In februari ging de eerste flitspaal aan bij een overgang in het Utrechtse Bunnik, daarna volgden nog tien camera’s, vooral in de provincies Utrecht en Noord-Holland. Maandag gaat de twaalfde flitscamera aan. Die is geplaatst bij een spoorwegovergang in Baarn.
Volgens een woordvoerster van ProRail hangen de camera’s “bij de meest risicovolle overwegen die we hebben”. Het gaat dan bijvoorbeeld om overwegen bij stations, waar mensen nog even door het rode licht willen gaan om toch de trein te halen. Ook hangen de camera’s op plekken waarvan ProRail weet dat het rode licht vaak genegeerd wordt.
“We zien dat het werkt”, zegt de woordvoerster. “Bij een aantal overwegen zien we dat er in het begin veel boetes zijn, en dat daarna het aantal boetes halveert. Eigenlijk willen we niet heel veel boetes geven, we willen dat mensen veilig doen.”
Meer inzicht
Tot februari was er een controle met boa’s nodig om mensen die het rode licht negeerden te betrappen en bekeuren. Auto’s, motoren en vrachtwagens kunnen rekenen op een boete van 300 euro, brom- en snorfietsers moeten 210 euro betalen als ze betrapt worden. Voetgangers en fietsers kunnen niet bekeurd worden met de flitscamera. Wel registreert de camera het als mensen door het rode licht gaan. “Dat geeft ons ook meer inzicht”, zegt de woordvoerster. “We kunnen dan bijvoorbeeld met onze eigen boa’s controleren.”
Het is de bedoeling dat er uiteindelijk zo’n veertig flitscamera’s bij overwegen komen te hangen. Wanneer die allemaal zijn opgehangen, weet ProRail nog niet.