ARNHEM – De Achterhoekse gemeenten en de provincie hebben een nieuw Regionaal Programma Werklocaties (RPW) 2024-2028. In dit RPW staan afspraken over het toekomstbestendig maken van bestaande en ontwikkelen van nieuwe bedrijventerreinen. Het nieuwe RPW biedt de Achterhoek voldoende ruimte voor werklocaties om de economische dynamiek vast te houden. Na vaststelling door alle gemeenteraden in de Achterhoek, bood Ben Hiddinga, voorzitter van het Achterhoekse RPW, het RPW namens de Achterhoek aan Gelders gedeputeerde voor economie Helga Witjes aan. Gedeputeerde Staten van provincie Gelderland stelden dit RPW vervolgens vast.
Groei
Het RPW geeft inzicht in de hoeveelheid uit te geven bedrijventerreinen per gemeente in de Achterhoek. De Achterhoekse economie is de afgelopen jaren flink gegroeid. Omdat deze groei naar verwachting doorzet, heeft elke gemeente ontwikkelruimte. Naar verwachting is er tot 2030 aanvullend 179 hectare bedrijventerrein nodig. De vraag naar werklocaties komt van lokale bedrijven, agrifood-bedrijven en met name maakindustrie. Denk bijvoorbeeld aan de industrie waar in de Achterhoek bijna 17% van de werkgelegenheid zich bevind terwijl dat voor heel Gelderland op bijna 11% zit.
Ben Hiddinga: “Met dit RPW is er voor alle gemeenten perspectief. Om de dynamiek en werkgelegenheid te behouden, geven we bestaande terreinen een boost én ontwikkelen nieuwe”. Helga Witjes: “Ondernemers zorgen voor banen en inkomen en dragen zo bij aan de brede welvaart. Dat vraagt ruimte voor ondernemerschap. Daarom maken we per regio afspraken over waar, wanneer en hoe we zorgen voor aantrekkelijke bedrijventerreinen. Dit nieuwe RPW biedt ondernemers perspectief”.
Afspraken
Uitgangspunt is het gewenste economische profiel van de Achterhoek. Naast het afstemmen van vraag en aanbod hebben regio en provincie afspraken gemaakt over het verduurzamen van bestaande en nieuwe bedrijventerreinen, kansen voor circulaire economie en het slimmer gebruiken van bestaande ruimte op bedrijventerreinen. Ook is vastgelegd onder welke voorwaarden, welke nieuwe bedrijventerreinen worden ontwikkeld en op welke wijze dit regionaal wordt afgestemd. Per gemeente en voor regionale bedrijventerreinen is bepaald hoeveel extra ruimte beschikbaar is in de periode 2023 tot 2030. De beschikbaarheid van fysieke ruimte en de capaciteit op het elektriciteitsnetwerk vormen belangrijke randvoorwaarden.
Toekomstbestendige bedrijventerreinen
Bij zowel het ontwikkelen van nieuwe terreinen en bestaande terreinen is er aandacht voor de kwaliteit, groen, leefbaarheid, klimaatadaptatie en duurzaamheid. Een aantal gemeenten gaat of is al bezig met het toekomstbestendig maken van bedrijventerreinen. Dat gaat om de openbare ruimte, de samenwerking tussen vastgoedeigenaren en ondernemers en initiatieven op het vlak van duurzame energie. Helga Witjes: “Door bestaande terreinen op te knappen, blijven ze niet alleen aantrekkelijke voor bestaande ondernemers maar ook voor nieuwe ondernemers.”