SOMEREN – AWS Asfaltwerken uit Someren is al jarenlang een begrip als het om onderhoud, reparatie en verbetering van asfaltbestrating gaat. Vanwege groei en vooral ook verandering van het begrip ‘reparatie’ nam het bedrijf recent zijn eerste nieuwe vrachtwagen in gebruik. Eigenaar Rob Muijen koos bewust voor een Scania G500 8×4 met tien tons luchtgeveerde vooras en een gestuurde en hefbare naloopas.
“Wij zitten met het repareren en onderhouden van asfalt in een niche die door veranderingen in de markt steeds verder groeit”, geeft Rob Muijen een inkijkje in de wondere wereld van de asfaltbestrating. “Er komt een steeds grotere scheiding tussen bedrijven die zich specialiseren in het maken van de meters en specialisten die het onderhoud doen. En daarin is veel werk want van de circa 140.000 kilometer verharde wegen in Nederland is een groot deel geasfalteerd en ligt een kleine 120.000 kilometer daarvan binnen gemeenten.”
“Ons werk loopt van onderhoud en reparatie tot bitumenverwerking en van oppervlaktebehandelingen tot spoedreparaties. Heel veel van dat werk kunnen wij met onze acht zware bestelwagens met aanhanger doen. Maar tegenwoordig heet het aanpakken van een 100 meter lange straat ook steeds meer ‘een reparatie’. En dat vergt zwaarder materieel. Vandaar dat wij nu na lang puzzelen onze eerste echte truck hebben aangeschaft met daarachter een nieuwe vierassige dieplader van GS Meppel.”
“Wij zochten een combinatie van een asfaltkipper die aan de rol kan, tot een alleskunner waarmee we ter plekke asfalt kunnen leggen en verwerken. Want ons hielp, is dat bij Scania dit soort vragen gewoon via een special order van de band kunnen lopen,” aldus Muijen.
Dat het een Scania moest worden, stond voor Rob eigenlijk al op voorhand vast. “Een Scania zit enorm fijn, en ik wilde een premium uitstraling die past bij mijn bedrijf. Daarbij zit de dealer hier om de hoek en kan Scania af fabriek super kort bouwen. Dat hebben wij nodig om wendbaar genoeg te kunnen zijn én binnen de acht meter van vangmuilkoppeling tot voorkant cabine te blijven. En dat is weer nodig om de optimale lengte van dieplader te krijgen.”
Maar kort of niet, er bleef wel ruimte voor een verlengde dagcabine. “Dat we voor een G-versie gaan, heeft er alles mee te maken dat een standaard R cabine hoger is, wat lastig is als je over de cabine moet kranen. Dat had ik kunnen oplossen door voor een laag dak te kiezen. Maar ik wilde die twee verstralers boven de voorruit.”
De Scania heeft verder een versterkt chassis met innerliner naar achteren om de piekbelasting achterop het chassis tijdens het kippen op te vangen. Alle assen zijn luchtgeveerd, inclusief de tien tons vooras. Dat geeft een variabele bodemvrijheid en, uiteraard, de chauffeur veel comfort. De totale hoogte van het voertuig is, inclusief de 22 ton/meter asfaltkraan van HMF, slechts 3,70m.
Voor Rob zit het hem in de details. “Scania denkt daarin goed mee want zo hebben we de speciale aanpassing om vanuit de cabine op de hoogstap bij de kraan te komen gewoon af fabriek bestelt. Scania levert ook een knop op de cabinewand waarmee je de cabinedeur weer kunt opendoen als je weer naar binnen wilt. Ik vind dat zulke opties enorm bijdragen aan de premiumuitstraling van het merk.”
Rob heeft samen met chauffeur Roy uitgebreid gepuzzeld om de auto zo optimaal mogelijk gespecificeerd te krijgen voor het werk. “We hebben bewust gekozen voor de dubbel geïsoleerde asfaltopbouw van Tibeg. Want de lading gaat er bij de asfaltmolen op 180⁰ Celsius in en moet zo lang mogelijk op temperatuur blijven. De kleppen worden elektrisch bediend, want we hebben maar één motor-PTO en de kraan en de hefinrichting van de bak zijn ook al hydraulisch. De achterklep van de bak is weer uitwisselbaar met een speciale versie waardoor je via dieplader ook machines in de bak kunt rijden. En verder hebben we alle ruimte aan het chassis optimaal benut voor extra opbergruimte.”
Wat dat betreft vindt Rob het ook heel fijn dat Scania een optie heeft om de AdBlue tank binnen het chassis te plaatsen. “Dat scheelt echt ruimte. Want door al die kort op elkaar geplaatste assen, de stempels voor de kraan en de hydrauliek is die beperkt. Zo kunnen we slechts 300 liter brandstof kwijt. Maar het voordeel bij Scania is wel, dat je hun tanks verder leeg kunt rijden dan bij andere merken. Dus kunnen we er makkelijk een hele dag mee werken.”
Rob koos bewust voor 500 pk. “Ik heb horen zeggen dat Scania met die SUPER motoren de hoogste koppel/pk verhouding in de markt heeft. Dus zou het ook met 460pk kunnen. Maar bij de 500pk motor heb je met 2.650Nm 150 Nm meer. En dat vanaf 900 omwentelingen. Dat scheelt bij ons heel veel brandstof tijdens de PTO-uren. Want die maken wij méér dan kilometers. En áls we dan onderweg zijn, rijdt die 500 pk gewoon superfijn.”