DEN HAAG – In 2023 waren er 52 werkstakingen. Dat is het grootste aantal in meer dan 50 jaar. In 1972 werd het werk nog vaker neergelegd: 58 keer. In totaal gingen vorig jaar 142 duizend arbeidsdagen verloren. Dit meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers.
Sinds het eerste coronajaar 2020, met negen werkstakingen, is het aantal werkonderbrekingen elk jaar fors toegenomen.
Ruim 17 duizend werknemers betrokken bij stakingen
Bij deze stakingen waren ruim 17 duizend werknemers betrokken, ongeveer duizend meer dan in 2022. Dat is aanzienlijk minder dan in 2021 (28 duizend) en 2020 (105 duizend). De 26 stakingen in 2019 mobiliseerden zelfs 319 duizend mensen, het grootste aantal van alle stakingen die het CBS heeft geregistreerd. Zie ook het bericht Meeste stakers ooit in 2019.
Het CBS houdt ook bij hoeveel werkdagen er verloren gingen tijdens de stakingen. In 2023 waren dat er 142 duizend. Dat waren er aanzienlijk meer dan in de twee voorafgaande jaren, maar veel minder dan in 2019. Toen gingen 391 duizend werkdagen verloren.
Meeste stakers in industrie
De meeste arbeidsdagen (62 duizend) gingen verloren in de bedrijfstak vervoer en opslag, maar daar werd niet het meest gestaakt. Met 28 stakingen en 5 duizend betrokken werknemers stond de industrie bij zowel het aantal stakingen als het aantal betrokkenen bovenaan de lijst. Ook in de handel waren er naar verhouding veel stakingen (10), met 4 duizend stakende werknemers. Hierdoor gingen 22 duizend werkdagen verloren.
Werknemersacties
Op verzoek van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft het CBS in 2023 ook bijgehouden met welke andersoortige acties werknemers hun eisen kracht hebben bijgezet. Het gaat dan om georganiseerde acties, soms ludiek, die niet hebben geleid tot een verlies aan arbeidsuren. Net als de werkstakingen kwamen dergelijke acties het meest voor in de industrie (14 keer). In de zorg waren het er 9. In totaal telde het CBS 51 alternatieve werknemersacties. Daarvan leidden er 15 tot een werkstaking.
Werknemers kwamen het vaakst in actie in de eerste helft van het jaar: 39 van de 52 stakingen en 35 van de 51 werknemersacties.
Meer werknemers tevreden met cao en salaris
De meest opgegeven redenen om in actie te komen waren ontevredenheid over de cao en over loonkwesties. In de Nationale Enquête Arbeidsomstandigheden (NEA), eind 2023 uitgevoerd door het CBS en TNO, is aan werknemers gevraagd hoe tevreden ze zijn met de cao voor hun bedrijf en met hun salaris. Hieruit blijkt dat werknemers in 2023 vaker (heel) tevreden waren met hun cao en salaris in vergelijking met het voorgaande jaar. Zo was 81 procent in 2023 (heel) tevreden met hun cao, ten opzichte van 77 procent in 2022. Verder was 78 procent tevreden met het salaris. In 2022 was dat nog 74 procent.
In het onderwijs en het openbaar bestuur waren werknemers in 2023 het vaakst (heel) tevreden met de cao. In de informatie en communicatie waren werknemers hierover het minst tevreden. Werknemers in de financiële dienstverlening waren het vaakst tevreden met hun salaris, in de zorg het minst vaak. De tevredenheid met de cao en het salaris nam in 2023 het sterkst toe in de zorg. Ook in de zakelijke dienstverlening nam de tevredenheid hierover relatief sterk toe.