DEN HAAG – De Autoriteit Consument & Markt (ACM) heeft besloten dat meer onderzoek nodig is naar de gevolgen van de voorgenomen overname van RTL Nederland (RTL) door DPG Media (DPG). Door de overname zou een mediabedrijf ontstaan met een groot aanbod op televisie, video streaming, radio, dagbladen en online nieuws. Op basis van marktonderzoek ziet de ACM mogelijke nadelige gevolgen van de overname voor de omvang, kwaliteit en pluriformiteit van het algemene nieuwsaanbod aan consumenten. Daarom oordeelt de ACM dat vervolgonderzoek nodig is.
DPG geeft verschillende dagbladen uit zoals het AD, de Volkskrant, Trouw en Het Parool. Daarnaast is DPG actief als uitgever van tijdschriften en aanbieder van algemeen online nieuws, waaronder NU.nl. Ook is DPG actief op de Nederlandse radiomarkt met de landelijke zenders Qmusic en JOE.
RTL heeft verschillende commerciële televisiezenders. Daarnaast biedt RTL video streamingsdiensten aan, waarvan Videoland de belangrijkste is. Ook is RTL actief als aanbieder van algemeen online nieuws via rtl.nl en de app.
Nieuwsaanbod
DPG verkrijgt door de overname van RTL een nog sterkere positie als aanbieder van betaald en onbetaald algemeen nieuws, zowel online als offline. De overname kan DPG daardoor mogelijk in staat stellen om de kwaliteit en toegankelijkheid van algemene nieuwsdiensten te verlagen. Bijvoorbeeld door nieuwsartikelen over meerdere kanalen te verspreiden in plaats van apart te creëren, of door de omvang van onbetaald nieuws te beperken. Als dat het geval is, kan dat leiden tot een vermindering van de omvang, kwaliteit en pluriformiteit van het algemene nieuwsaanbod aan consumenten.
Bovendien kan DPG mogelijk dankzij haar sterkere positie een breder advertentiepakket gunstig aanbieden aan adverteerders, mede door de grote hoeveelheid gegevens die zij heeft over haar gebruikers. Het is de vraag of andere mediabedrijven na de overname nog voldoende kunnen concurreren om deze advertentie-inkomsten. Als dat niet het geval is, kan dat negatieve gevolgen hebben voor concurrenten, adverteerders en uiteindelijk de consument.
Ook kan de overname van RTL de onderhandelingspositie van DPG tegenover persbureau ANP verder versterken. DPG is daardoor mogelijk in staat om lagere ANP-tarieven te bedingen, invloed uit te oefenen op de nieuwskeuze van het ANP of te stoppen met het afnemen van ANP-diensten. Als dat het geval is, kan dat negatieve gevolgen hebben voor andere mediabedrijven die diensten afnemen van ANP en uiteindelijk ook negatieve gevolgen voor het algemene nieuwsaanbod aan consumenten.
Tot slot kan de overname nadelige invloed hebben op de arbeidsvoorwaarden van journalisten, doordat DPG na de overname van RTL mogelijk inkoopmacht verwerft of versterkt. De ACM wil meer onderzoek doen naar de gevolgen van de overname voor de positie van zowel journalisten in vaste dienst als freelancers.
Vervolg
DPG en RTL moeten nu aangeven of ze de overname willen voortzetten. Ze moeten dan een vergunning voor de overname aanvragen. Vervolgens zal de ACM diepgaand onderzoek doen naar de gevolgen van deze overname. Bij dit onderzoek zal ook het Commissariaat voor de Media een rol spelen. Als bedrijven een vergunning aanvragen, neemt de ACM binnen 13 weken een beslissing of de overname wel of niet door mag gaan. Soms heeft de ACM meer informatie nodig.
Waarom onderzoekt de ACM overnames?
Het is bij elke fusie of overname de vraag of direct na de transactie en in de toekomst nog voldoende concurrentie overblijft. Concurrentie zorgt ervoor dat een product of dienst voor een goede prijs en kwaliteit op de markt is en dat innovatie wordt gestimuleerd. Daarom beoordeelt de ACM vooraf of bedrijven mogen fuseren. De ACM gaat na of de markten goed blijven werken voor mensen en bedrijven, nu en in de toekomst.