AMSTERDAM – De groothandel heeft minder ambitieuze CO2-reductiedoelen dan de retailsector, zo blijkt uit een analyse van ING Research.
Ook zijn veel groothandelsbedrijven nog onvoldoende doordrongen van de mogelijkheden die de klimaattransitie hen biedt vanwege hun strategische positie in de keten. Nog te vaak voeren ze duurzaamheidsmaatregelen alleen door vanwege regelgeving en als het wat oplevert, terwijl de klimaattransitie bedrijven in de groothandel juist nieuwe kansen biedt.
Als distributeur in de keten kunnen ze nieuwe diensten aanbieden die bedrijven in de keten ontzorgen en bedrijven op weg helpen om duurzamer te worden. Gezien de internationale omgeving waarin de groothandel opereert is het waarborgen van een gelijk speelveld in Europa een belangrijke voorwaarde voor succes van de duurzaamheidstransitie.
De invoering van Europese duurzame verslagleggingsregels (CSRD) zijn hiervoor een eerste belangrijke bijdrage. Dit stelt ING Research in een artikel dat vandaag is gepubliceerd.
Doel: gemiddeld 48 procent CO2-reductie in 2030
Uit een inventarisatie van ING Research onder 25 Nederlandse groothandelsbedrijven blijkt dat slechts de helft van de onderzochte bedrijven concrete klimaatdoelen heeft gepubliceerd. Gemiddeld streven deze bedrijven naar een reductie van 48 procent van de eigen CO2-uitstoot in scope 1 en 2 in 2030.
Dit is lager dan de 55 procent CO2-reductie die de EU zich ten doel heeft gesteld. En ook lager dan in de retailsector, waar het doel van de 40 grootste Nederlandse winkelformules eveneens is om de directe CO2-uitstoot met 55 procent te reduceren. Hieruit blijkt dat duurzaamheid belangrijker wordt naarmate het product in de keten dichterbij de consument komt, waar duurzaamheidsbeleid ook zichtbaarder is. Bedrijven in de B2C zijn op het gebied van duurzaamheid doorgaans dan ook al verder dan bedrijven in de B2B.
Positie in de keten verstevigen
‘Groothandelsbedrijven hebben op het gebied van de klimaattransitie nog veel werk te verzetten om de door de EU gestelde doelen te behalen’, stelt Dirk Mulder, Sector Banker Retail & Trade bij ING. ‘Dit terwijl duurzaamheid groothandelsbedrijven juist ook nieuwe kansen biedt. Dankzij hun positie als distributeur in de keten kunnen ze nieuwe diensten aanbieden die bedrijven in de keten ontzorgen en op weg helpen om duurzamer te worden.
Denk daarbij aan het aanbieden van onderhoud aan apparatuur voor een langere levensduur, het ontwikkelen van een duurzamere productlijn of het geven van adviezen op het gebied van verduurzaming. Op deze manier kunnen ze meer toegevoegde waarde leveren en zodoende hun positie in de keten verstevigen. Uit de analyse blijkt echter dat ze zich daar nog onvoldoende van bewust zijn en er daardoor ook nog niet erg mee bezig zijn.’
Energiebesparende maatregelen worden als eerste doorgevoerd
Nederlandse bedrijven voeren als eerste vooral laagdrempelige duurzaamheidsmaatregelen door die een korte terugverdientijd hebben, blijkt uit een recent ING-onderzoek naar de verduurzaming van Nederlandse bedrijven. Groothandelsbedrijven vormen hierop geen uitzondering. Energiebesparende maatregelen die worden genomen zijn onder meer het overstappen naar groene energie, plaatsing van zonnepanelen, met airco’s verwarmen in plaats van verwarmingssystemen en het plaatsen van meters om het energieverbruik te monitoren. Andere duurzame én kostenbesparende maatregelen zijn onder meer afvalreductie en plasticbesparing.
Rendement gaat nog te vaak boven duurzaamheid
De vervolgstappen op het gebied van verduurzaming zijn ingewikkelder en vereisen ook vaak forse investeringen voor de langere termijn. Ingrijpende maatregelen op het gebied van duurzaamheid, zoals overstappen op een duurzamer productieproces, het stopzetten van niet-duurzame activiteiten of afscheid nemen van leveranciers die niet duurzaam zijn, worden dan ook nog slechts door weinig bedrijven genomen.
Uit de interviews met groothandelsbedrijven blijkt dat de prijs en het rendement bij veel bedrijven toch nog vaak doorslaggevende factoren zijn voor het doen van duurzame investeringen.
Behoefte aan subsidies en een gelijk speelveld
Veel groothandelsbedrijven voeren pas duurzaamheidsmaatregelen door als ze ook wat opleveren. In de keten zijn lang niet alle bedrijven bereid meer te betalen voor een duurzamere variant. In veel sectoren draait het nog altijd om de laagste prijs. Om de duurzaamheidstransitie tot een succes te maken is daarom volgens bedrijven vooral behoefte aan een stimulerend subsidiebeleid.
Al blijkt in de praktijk dat het opleggen van heffingen vaak beter werkt om gestelde doelen te realiseren. Daarnaast moet uniforme wetgeving in Europa zorgen voor een gelijk speelveld. Zeker gezien het internationale karakter van de keten in de groothandel. De invoering van CSRD is wat dat betreft een goed begin om bedrijven in beweging te krijgen en te zorgen voor een gelijk speelveld.