EINDHOVEN – DAF Trucks bouwt dit jaar 75 jaar vrachtwagens. Een mijlpaal uit een lange rij hoogtepunten, gedreven door innovaties, revolutionaire technologieën en slimme ontwerpen. Diezelfde bouwstenen vormen het fundament voor de jongste generatie DAF trucks, die daardoor net zoals hun voorgangers in hun tijd, de benchmark zijn op het gebied van efficiency, veiligheid en chauffeurscomfort.
De basis voor DAF wordt gelegd in 1928. In de eerste jaren kent Eindhoven de onderneming als ‘Van Doorne’s Machinefabriek’. Als Hub en Wim begin jaren dertig aanhangwagens op de markt brengen, worden de eerste contouren van het huidige DAF zichtbaar. In tegenstelling tot wat gangbaar is, zijn de chassis niet geklonken maar gelast – en daarmee een stuk lichter dan gebruikelijk. Het succes is groot. De machinefabriek verlegt zijn focus en gaat verder als Van Doorne’s Aanhangwagenfabriek; kortweg DAF.
De eerste vrachtwagen
Als tijdens de wederopbouw van Europa de vraag naar transport explosief groeit, schakelt DAF snel op. Er wordt een productielijn voor aanhangers en opleggers ingericht en tegelijk nemen de voorbereidingen voor een truckfabriek concrete vorm aan.
In de loop van 1949 wordt de A30 onthuld. Het is een 3-tons vrachtwagen die vooral bedoeld is voor de vaderlandse markt. De grille wordt gekenmerkt door zeven verchroomde strepen.
Verankerd in het straatbeeld
Al een paar maanden later rolt het eerste exemplaar de fabriek uit – al snel gevolgd door de A50 (5 ton) en de A60 (6 ton) voor het zwaardere werk. Een bestelwagen – de 1-tons A10 – ziet in 1950 het levenslicht. Als afgeleide hiervan volgt zelfs een pick-up; de A107. Het aantal modellen neemt vervolgens ras toe, met onder meer speciale chassis voor kippers en vuilniswagens én een serie militaire voertuigen. DAF ontwikkelt zich in korte tijd uit tot een truckmerk dat niet meer weg te denken is uit het straatbeeld.
Overigens komen alle vrachtwagens dan alleen nog als chassis-met-motor-en-grille van de band. De bouw van cabines wordt overgelaten aan carrosseriebouwers. Dat verandert in 1953, als DAF begint met de montage van eigen cabines. In 1955 viert de fabriek de productie van het 10.000e chassis. Een feest dat extra luister wordt bijgezet door een order van het Nederlandse leger voor 3.600 voertuigen. Vlak daarna begint DAF ook met het ontwikkelen en bouwen van eigen (diesel)motoren. DAF zal de eerste zijn die – voor extra vermogen en een hogere efficiëntie – een turbocompressor op zijn krachtbronnen monteert.
Internationaal transport
In 1957 presenteert DAF de DO; een karakteristiek getekende truck met een speciaal voor deze serie ontwikkelde 10-tons achteras. Het maakt van de DO een truck die bij uitstek geschikt is voor zowel het zware als het internationale transport, dat aan een voorzichtige opmars is begonnen. De tweede generatie van de DO kan zelfs worden voorzien van een provisorisch bed – een noviteit.
Begin jaren zestig verrast de Nederlandse truckbouwer opnieuw, ditmaal met de DAF 2600. Een truck die meer nog dan de DO, gericht is op het internationale transport. De cabine is revolutionair. De hoekige vorm maximaliseert de leefruimte – en daarmee het comfort – van de chauffeur, die soms wekenlang van huis is. De cabine biedt plaats aan een vast bed en er is zelfs een bovenbed beschikbaar. De grote ruiten zorgen voor licht én een ongekend zicht rondom, wat bijdraagt aan de veiligheid. De 2600-serie gaat de boeken in als ‘de moeder van het internationale transport’.
Trendsetter
In 1970 brengt DAF de F1600 – F2200 serie. De voertuigen zijn voorzien van een kantelcabine, waarmee DAF een van de eerste is. De voordelen van de kantelcabine zijn enorm. De monteur kan veel makkelijker – en dus beter en sneller – onderhoud uitvoeren terwijl de chauffeur een veel stillere werkplek krijgt omdat de motor ingekapseld is door de cabine.
De revolutionaire 2600 maakt in 1973 plaats voor de volledig nieuwe 2800 (en later 3300 en 3600). Deze heeft niet één maar zelfs twee bedden en is dankzij zijn enorme comfort meteen dé truck voor de lange afstand. Ook lanceert DAF als eerste truckfabrikant de turbo-intercooler voor méér koppel, méér vermogen en een lager brandstofverbruik.
Super SpaceCab
In de jaren tachtig geeft DAF het langeafstandstransport en het zware transport een nieuwe impuls met de DAF 95, die zelfs kan worden voorzien van een extra hoog dak voor ongeëvenaard chauffeurscomfort: de SpaceCab. Er volgt zelfs een Super SpaceCab, de overtreffende trap van ruimte en luxe. Voor het regionale en nationale transport presenteert DAF de DAF 65/75/85.
Voorop in verduurzaming
Deze serie voertuigen maakt in de jaren die erop volgen – net als hun latere opvolgers, de CF en XF – naam binnen Europa, en in toenemende mate ook daarbuiten. Datzelfde geldt ook voor de nieuwe LF-serie, die rond de eeuwwisseling wordt gelanceerd. Het voertuig is bedoeld voor regionale een lokale distributie. DAF komt in 2010 zelfs als eerste met een hybride truck op de markt. Deze LF Hybrid drukt het brandstofverbruik en CO2-uitstoot met zo’n 20 procent door in stedelijke gebieden van de elektromotor gebruik te maken. De LF Hybrid laat zien dat DAF vooropgaat bij het verduurzamen van het wegtransport. Dat laatste wordt krachtig onderstreept door de DAF CF Electric. Het is, in 2018, de eerste volledig elektrische truck van een Europese truckfabrikant.
Nieuwe Generatie DAF
De Europese Unie werkt in die jaren aan nieuwe regelgeving voor maten en gewichten van vrachtwagens. Als deze eind 2020 van kracht worden, is DAF daar als eerste truckfabrikant klaar voor. De Nieuwe Generatie DAF trucks die in 2021 worden onthuld, zijn daardoor net zo revolutionair als de roemruchtige DO, 2600, 2800 en XF in hun tijd waren.
De regelgeving biedt truckfabrikanten de ruimte om cabines iets langer te maken, als die extra lengte ten goede komt aan het milieu, de veiligheid en de man of vrouw achter het stuur. De Nieuwe Generatie DAF trucks bieden dan ook aanmerkelijk meer ruimte aan de chauffeur, zijn door hun stroomlijn significant zuiniger en – met hun extreem diep doorlopende ruiten en intelligente camerasystemen – bovendien ontwikkeld om maximaal bij te dragen aan de verkeersveiligheid. DAF sleept zowel met de XF, XG en XG+ voor het zware werk en het langeafstandstransport, als de XD serie (voor nationale en regionale distributie) twee keer op rij de prestigieuze ‘International Truck of the Year Award’ in de wacht.
De XD en XF worden bovendien leverbaar met een volledig elektrische aandrijflijn en kunnen daarmee op één oplaadbeurt tot wel 500 kilometer emissieloos rijden. De XD en XF Electric worden gebouwd in de Electric Truck Assembly Line, een de volledig nieuwe productielijn die in 2023 in gebruik wordt genomen op het fabrieksterrein van DAF in Eindhoven. Ook van de variant voor stedelijke distributie – de Nieuwe Generatie DAF XB – komt DAF met een volledig elektrische versie, geproduceerd bij Leyland Trucks in Groot-Brittannië.
Klaar voor de toekomst
DAF staat uitstekend gesteld voor de toekomst. Niet alleen door de nieuwe generatie voertuigen, maar ook omdat hard wordt gewerkt aan innovatieve transportoplossingen. Zo werkt DAF aan zero emission waterstofmotoren die alleen waterdamp uitstoten. Tegelijk worden binnen moederbedrijf PACCAR praktijktesten gedaan met de ultra schone fuel cell technologie en staat de ontwikkeling van elektrische aandrijflijnen bepaald niet stil.
De trucks van DAF worden over de hele wereld verkocht – van Afrika tot Oceanië. Van Zuid-Amerika – waar DAF in Brazilië zelfs een eigen fabriek heeft – tot aan Azië. En in Europa natuurlijk. Het afgelopen jaar werden daar een record aantal van 69.800 trucks gebouwd. DAF klanten vertrouwen daarbij niet alleen op de voertuigen, maar ook op de brede portfolio aan ondersteunende diensten. Van een internationale pechhulp, een eersteklas onderdelenvoorziening en financiële diensten tot aan fast chargers voor elektrische trucks en zelfs de installatie van self supporting lokale energienetwerken. Transportefficiency draait om meer dan high tech trucks alleen.
Echte DAFs gebleven
“Hub en Wim van Doorne zouden hun ogen niet geloven, als ze de producten van 2024 zouden zien”, weet Harald Seidel, President-directeur van DAF Trucks.
“Tegelijkertijd zouden ze tevreden constateren dat onze trucks échte DAFs zijn: innovatief, kwalitatief hoogstaand en ontwikkeld voor de hoogste efficiency, maximaal chauffeurscomfort en ongeëvenaarde veiligheid. Ze zouden trots zijn. Net zo trots als ik dat ben op het verleden, op het heden en op onze plannen voor de toekomst.”