SOLINGEN – De verdachte van de aanslag in het Duitse Solingen heeft zichzelf niet aangegeven bij de politie, zoals gemeld door media, maar is opgepakt door patrouillerende agenten. Minister van Binnenlandse Zaken Herbert Reul van de deelstaat Noordrijn-Westfalen heeft dat donderdag gezegd tegen een parlementaire commissie.
Agenten arresteerden de verdachte zaterdag in Solingen, in de buurt van de plaats delict. Ze merkten de man op, omdat ze zijn uiterlijk en gedrag verdacht vonden. De agenten benaderden de verdachte en wisten hem snel te arresteren, aldus Reul. De deelstaatminister heeft bevestigd dat het gevonden mes met bloedsporen waarschijnlijk het moordwapen was.
De aanslag in Solingen vond vrijdag plaats tijdens een feest rond het 650-jarig bestaan van de West-Duitse stad. Drie mensen werden doodgestoken. Acht anderen raakten gewond. De dader sloeg op de vlucht en de politie begon een grote zoekactie. Verschillende Duitse media schreven dat de verdachte zich meldde bij een politiepatrouille, maar dat klopt dus niet volgens de minister.
Islamitische Staat
De verdachte, een 26-jarige Syriër, zou bij Islamitische Staat (IS) horen. Die groep heeft het geweld opgeëist. De man was volgens Reul niet in beeld bij de veiligheidsdiensten. Het geweld in Solingen heeft in Duitsland geleid tot veel discussie over het immigratiebeleid en de wapenwetgeving.
Vluchtelingenminister Josefine Paul van Noordrijn-Westfalen zei tegen de parlementaire commissie, die onderzoek doet naar de aanslag, dat tekortkomingen in het EU-migratiebeleid leidden tot Duitslands onvermogen om de Syriër uit te zetten. De verdachte kwam in 2022 via Bulgarije aan in Duitsland en had volgens de Dublinverordening voor zijn asielverzoek moeten terugkeren naar Bulgarije. De Duitse autoriteiten konden hem niet vinden op de dag van zijn geplande uitzetting in juni 2023.
De Europese Unie wil dat migranten een asielverzoek indienen in het eerste EU-land waar ze aankomen. In de praktijk reizen veel migranten door naar Duitsland of andere rijkere EU-landen. Ongeveer 10 tot 15 procent van de Duitse pogingen om migranten naar andere Europese landen uit te zetten slaagt.