AMSTERDAM – Voor de twee kinderen van de 84-jarige vrouw die begin januari in haar woning in Amsterdam werd doodgestoken is hun “grootste angst uitgekomen”. Dat blijkt uit hun slachtofferverklaring die woensdag werd voorgelezen in de rechtbank in Amsterdam.
De verdachte is hun hoogbejaarde vader, Jan van B. De 91-jarige man woont de zitting bij in een rolstoel. Volgens de kinderen hebben zij voortdurend hun zorgen geuit over de veiligheid van hun ouders nadat hun vader fysiek en mentaal achteruit ging en steeds onvoorspelbaarder werd.
Op 19 januari zou Van B. zijn vrouw hebben neergestoken en brand hebben gesticht in hun huis in de Van Speijkstraat in Amsterdam-West. Volgens de politie was het huis een enorme ravage. “Het maakte een indruk van razernij”, werd later opgetekend. Van B. werd direct daarna aangehouden. Zijn vrouw had vijftien of zestien steekwonden en overleed een dag later in het ziekenhuis. Zelf ontkent hij iedere betrokkenheid bij de dood van zijn vrouw. Hij beweert dat zij zichzelf heeft verwond. “We waren 68 jaar samen, dan ga ik mijn vrouw niet doden met een mes”, zei Van B. tegen de rechtbank.
De verdachte vertelde wisselende verhalen over wat zich had afgespeeld. Zo zou er ruzie zijn geweest over foto’s van zijn vrouw en over spullen in het huis, maar ook over het feit dat zijn hulpbehoevende echtgenote zichzelf had aangekleed. Volgens Van B. was de brand ontstaan door kortsluiting in de lampen. Voorafgaand daaraan had hij die kapot geslagen. Ook trok hij een kast omver, die op zijn vrouw terechtkwam. De verwondingen van zijn vrouw kwamen mogelijk door glasscherven van de lampen, dacht hij. Uit onderzoek is gebleken dat dit uitgesloten is, net als het verhaal dat de vrouw zichzelf zou hebben verwond.
“Wij houden vreselijk veel van onze beide ouders en zij hielden vreselijk veel van elkaar. Onze vader was een hardwerkende, zorgzame man en onze moeder was een mooie, intelligente en sociale vrouw. Wij missen haar nog iedere dag. We missen ook onze vader zoals hij was voordat hij ziek werd”, klonk het in de rechtszaal. Voor de kinderen is het duidelijk dat hun vader volledig ontoerekeningsvatbaar is. “Het is daarom heel belangrijk voor ons dat onze vader wordt beschermd en in een veilige, gesloten omgeving kan wonen waar hij in deze laatste fase van zijn leven liefdevol verzorgd kan worden.”
Op een eerdere zitting gaf het Openbaar Ministerie al aan dat er “vermoedens van dementie” waren bij Van B. Daarom is hersenonderzoek gedaan.