LONDEN – De economische bedrijvigheid in de eurozone is in oktober voor de tweede maand op rij gekrompen, meldt marktonderzoeker S&P Global. Dat komt door een aanhoudende krimp in de industrie en een vertraging van de groei in de dienstensector. Vooral Duitsland en Frankrijk, de twee grootste economieën van het eurogebied, laten weinig tekenen van herstel zien.
De index van S&P Global die de algehele bedrijvigheid in de eurozone meet, nam deze maand wel iets toe naar een stand van 49,7, van 49,6 een maand eerder. De bedrijvigheid bleef daarmee net onder het niveau van 50, dat het verschil tussen groei of krimp aangeeft. De groei van de dienstensector nam af tot het laagste niveau in acht maanden tijd. De activiteit in de industrie kromp iets minder sterk dan in september en de mate van activiteit kwam daar uit op het hoogste niveau in vijf maanden.
“De economie van de eurozone zit een beetje vast”, zei econoom Cyrus de la Rubia van Hamburg Commercial Bank in een toelichting. “De aanhoudende inzinking in de industrie wordt grotendeels gecompenseerd door een kleine groei in de dienstensector, maar het is voorlopig niet duidelijk of we in de nabije toekomst een verdere verslechtering of een verbetering zullen zien.”
De zwakte in de eurozone heeft ook de alarmbellen doen rinkelen bij de Europese Centrale Bank, die vorige week voor de derde keer dit jaar de rente verlaagde om de economie te stimuleren. De economie van het eurogebied groeide in het tweede kwartaal met slechts 0,2 procent en groeide daarmee minder hard dan in de eerste drie maanden van dit jaar. Doordat de economie sneller afzwakte dan gedacht besloot de ECB de rente met een kwart procentpunt te verlagen tot 3,25 procent. Bij de rentevergadering in december wordt opnieuw een renteverlaging voorzien.
