BRUSSEL – Europa heeft de Verenigde Staten nodig, maar andersom geldt precies hetzelfde. Dat zei secretaris-generaal Jens Stoltenberg bij de viering van het 75-jarig bestaan van de NAVO in het hoofdkwartier in Brussel. “Samen zijn we sterker en veiliger”, verklaarde de topman van het bondgenootschap.
De mogelijke verkiezing van Donald Trump als president van de Verenigde Staten baart veel landen zorgen. Trump heeft zich steeds zeer kritisch uitgelaten over de NAVO, vooral omdat veel Europese landen te weinig uitgeven aan Defensie.
Sinds de Russische inval in Oekraïne geven veel landen in Europa veel meer geld uit aan de strijdkrachten, maar nog steeds spenderen niet alle lidstaten van de NAVO de afgesproken 2 procent van het bruto binnenlands product aan defensie.
Geen liefdadigheid
Stoltenberg benadrukte later dat steun voor Oekraïne geen liefdadigheid is. “Het is een investering in onze eigen veiligheid”, zei de secretaris-generaal op een gezamenlijk persmoment met de Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken Dmytro Koeleba.
Koeleba feliciteerde de NAVO met het jubileum, maar had ook een sombere boodschap. Hij zei dat zijn land nog steeds gebukt gaat onder “ongekende” Russische aanvallen met drones en raketten en meer luchtafweer nodig heeft.
Boodschap
“Ik wil het verjaardagsfeest niet verpesten, maar mijn belangrijkste boodschap vandaag draait om Patriots”, zei Koeleba, verwijzend naar het geavanceerde luchtverdedigingssysteem. Patriot-systemen zijn volgens de minister nodig om ballistische raketten tegen te houden. “Het leveren van Patriots hangt af van de geallieerden. Die hebben er veel van. Dat zal vandaag mijn voornaamste inzet zijn.”
Het Atlantische bondgenootschap werd op 4 april 1949 opgericht door twaalf landen. Inmiddels telt de NAVO 32 lidstaten.
