DEN HAAG – Het vertrouwen onder producenten in de industrie bleef in december vrijwel gelijk aan november. Volgens cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) steeg het producentenvertrouwen licht van -1,8 naar -1,6. Fabrikanten waren minder negatief over hun orderportefeuille, maar het vertrouwen blijft onder het 20-jarig gemiddelde van -1,3. Ter vergelijking: in oktober 2021 bereikte het vertrouwen een recordhoogte van 10,4, terwijl april 2020 de laagste waarde van -31,5 noteerde.
Minder pessimistisch over orderpositie
Producenten waren minder pessimistisch over hun orderportefeuille, terwijl hun verwachtingen voor de productie in de komende drie maanden positief bleven. Tegelijkertijd waren ze negatiever over de voorraden gereed product.
Van de drie deelindicatoren van het producentenvertrouwen was er één positief: meer producenten verwachtten een stijging van hun productie in de komende drie maanden dan een daling. De andere twee indicatoren waren negatief. Zo achtten minder producenten hun orderpositie groot en vonden meer producenten hun voorraden gereed product te groot.
Vertrouwen in meeste branches negatief
In de meeste branches bleef het producentenvertrouwen negatief. Uitzonderingen waren de metaalindustrie en de voedings- en genotmiddelenindustrie, waar het vertrouwen in december verbeterde. De elektrotechnische en machine-industrie bleef de meest positieve sector, hoewel ook daar het vertrouwen iets afnam ten opzichte van een maand eerder.
Productie 2,5 procent lager in oktober
De productie van de Nederlandse industrie bleef dalen. In oktober 2024 lag de kalendergecorrigeerde productie 2,5 procent lager dan in dezelfde maand in 2023. Hiermee zette de dalende trend van de afgelopen 15 maanden zich voort. Na correctie voor seizoen- en kalendereffecten daalde de productie in oktober met 0,6 procent ten opzichte van september.