DEN HAAG – De coalitie en vier oppositiepartijen hebben overeenstemming bereikt over de begroting van onderwijs. Dat zei CDA-leider Henri Bontenbal woensdagavond na overleg tussen de fractieleiders. Al eerder werden ze het eens om bijna 750 miljoen euro minder te bezuinigen. Ze moesten het alleen nog eens worden over hoe dat moest worden betaald. Dat geld wordt onder meer gevonden bij VWS.
Het kabinet wilde 2 miljard euro besparen op het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Daar keerden CDA, SGP, ChristenUnie, JA21 en D66 zich tegen. Die laatste partij stapte eerder uit het overleg met de coalitie. De coalitie heeft de steun van de oppositiepartijen nodig omdat zij in de Eerste Kamer geen meerderheid heeft.
De partijen zijn onder meer overeengekomen dat de langstudeerboete (282 miljoen) van tafel gaat, er veel minder wordt bezuinigd op de maatschappelijke diensttijd (130 miljoen) en 75 miljoen bezuinigen op de lerarensalarissen wordt teruggedraaid. Om dit te betalen wordt er bezuinigd op trainingen van medisch specialisten na hun opleiding en wordt geld gevonden bij de onderuitputting van de ov-studentenkaart, aldus Bontenbal.
Volgens hem is het “niet zo gek” dat een flink deel van het geld wordt gevonden bij VWS. In een eerder voorstel van de oppositiepartijen werd voorgesteld om het eigen risico in de zorg minder te verlagen dan het kabinet van plan is. Dat was vooral voor coalitiepartij PVV niet te slikken. Die heeft zich vorig jaar tijdens de verkiezingscampagne er sterk voor gemaakt.
“Het is niet een fraaie begroting. We hebben een slechte begroting minder slecht gemaakt”, aldus CDA-leider Bontenbal. “Er ligt een pakket waar we allemaal mee kunnen leven”, zegt Geert Wilders (PVV) die opgelucht is dat de partijen eruit zijn gekomen. Opluchting is er ook bij Mirjam Bikker (ChristenUnie), maar ze zegt ook “hier niet te staan om de coalitie overeind te houden, ik sta hier wel om de onderwijsbegroting te verbeteren”.
VVD-leider Dilan Yeşilgöz bedankt de vier oppositiepartijen voor hun “constructieve” houding. “Ons land moet vooruit, goed dat we dit samen voor elkaar hebben gekregen”, twitterde zij. Nicolien van Vroonhoven (NSC) zei vooral blij te zijn dat de bezuinigingen op het hoger onderwijs niet doorgaan. Het waren de afgelopen twee weken geen makkelijke gesprekken, erkende Caroline van der Plas (BBB). “Het heeft wel geknetterd.”
De oppositiepartijen hadden een dag eerder gezegd dat woensdag de dag was dat het “erop of eronder” zou zijn. Donderdag wordt over de begrotingen van de ministeries gestemd.