AMERSFOORT – Zuivelconcern FrieslandCampina blijft last houden van een dalende aanvoer van melk, mede doordat meerdere Nederlandse melkveehouders zijn gestopt met hun bedrijf. “De politieke onzekerheid helpt daar ook niet bij”, zegt Jan Derck van Karnebeek, topman van het bedrijf, in een toelichting op de halfjaarresultaten.
“Wanneer melkveehouders niet goed weten waar ze aan toe zijn is het lastig om voor te sorteren op de toekomst, investeringen te doen en de bedrijfsvoering daarop in te richten. Dus we hopen dat er in de komende periode meer duidelijkheid komt over de belangrijke dossiers voor melkveehouders”, aldus Van Karnebeek.
Sommige boeren maakten ook gebruik van een vertrekregeling die liep tot in november vorig jaar. Dat was een regeling in verband met de jaren terug doorgevoerde fusie tussen Friesland Foods en Campina.
Buurlanden
FrieslandCampina zag de melktoevoer in het afgelopen halfjaar dalen met 3,2 procent tot ongeveer 4,7 miljard kilo. In 2023 en het jaar daarvoor daalde de melkaanvoer ook al.
Het concern probeert de daling op te vangen door meer melk uit België en Duitsland te halen. Hoeveel nieuwe leden er uit de buurlanden zijn bijgekomen wil de topman niet zeggen. “We doen geen uitspraken over de absolute aantallen, dat is concurrentiegevoelig. Maar we zijn succesvol in zowel Duitsland als België in het werven van nieuwe leden.”
De omzet van het concern daalde in het afgelopen halfjaar met bijna 7 procent tot 6,4 miljard euro. De nettowinst ging echter sterk omhoog, als gevolg van een doorgevoerde reorganisatie. Onder de streep bleef een winst van 183 miljoen euro over, vergeleken met 8 miljoen euro in de eerste helft van vorig jaar.
